Een mand met bladeren
Een mand met bladeren.
Prachtig verkleurd van roest naar bruin.
Geen enkel blaadje is gelijk, door de droogte zijn ze een beetje gaan knisperen.
Niet zomaar een mand met bladeren want deze staat naast een open graf.
Kleine kinderhandjes zullen straks door de bladeren gaan, ze vastpakken en strooien.
Hun mama wordt begraven, het moest niet mogen.
Dit klopt van geen kant.
Hoe neem je afscheid? Wat is dan afscheid?
Hier zijn toch geen woorden voor?
Die moeten nog gemaakt worden, herkauwd en dan uitgespuugt.
Er bestaan geen zinnen die hier iets zinnigs over kunnen zeggen.
Elk blaadje is een gedachte, groot en nietig tegelijk.
Elk blaadje is een traan, een kreet, een herinnering, een donderwolk in hoofd en hart.
Je verwacht dat blaadjes neerstorten maar dat is niet zo.
Ze dwarrelen, gedragen door de wind.
Na het vallen is er de stilte, de oorverdovende stilte.
En misschien ooit, vroeg of laat, komen er woorden.
Vormen de woorden zinnen.
Worden de zinnen een verhaal.
Over liefde, die nooit voorbij zal gaan.
